Fiscale hervorming auteursrechten: wat weten we (nog niet)?

Waarom wordt het fiscale regime voor auteursrechten aangepast?

Auteursrechten zijn al jaren een erg populaire verloningstechniek. Dat heeft onder meer te maken met het fiscaalgunstig kader en het ruime toepassingsgebied. Zo worden auteursrechten vandaag aan heel uiteenlopende beroepscategorieën toegekend, zoals kunstenaars, auteurs, journalisten, IT’ers, marketeers, fotografen, architecten en allerhande vrije beroepen. Maar net door die groeiende populariteit, besloot de wetgever het systeem onder de loep te nemen. Daarmee wil hij naar zijn oorspronkelijke doel terugkeren: een gunstig fiscaal regime creëren voor de onregelmatige en wisselvallige inkomsten uit artistieke activiteiten.

Het toepassingsgebied: onzekerheid troef

Als je in het verleden al vergoedingen ontving voor de overdracht of licentie van auteursrechten, kom je terecht in een overgangsregeling. Concreet zijn auteursrechten, sinds de hervorming, enkel toepasbaar op originele kunstwerken en werken van letterkunde. Hoe breed je deze begrippen kan interpreteren, is voorlopig onduidelijk. Bovendien moet je voortaan over een kunstwerkattest beschikken. Belangrijke kanttekening: de commissie die deze attesten uitkeert, is nog niet opgericht. Een alternatieve voorwaarde is dat je je werk toegankelijk maakt voor het brede publiek, maar ook hier is het koffiedik kijken wat dit dan precies inhoudt. Je leest ’t dus goed, tot op vandaag bestaat er nog flink wat onzekerheid over het toepassingsgebied van de nieuwe regeling. 

Fiscale impact: twee nieuwe begrenzingen op auteursrechten

1 | Regel van vier

De inkomsten uit auteursrechten hebben een absoluut maximumplafond van € 64.070 voor aanslagjaar 2023 en € 70.220 euro voor aanslagjaar 2024. Daar komt nu een extra begrenzing op. Hiervoor moet je kijken naar het gemiddelde van de inkomsten die je, in de in de voorbije vier belastbare perioden, uit auteursrechten vergaarde. Als dit gemiddelde het maximumplafond overschrijdt, kan je voor het huidige aanslagjaar niet meer terugvallen op dit gunstregime.

2 | 30/70-Verhouding en overgangsregeling

Daarnaast werd de verhouding tussen de vergoeding uit auteursrechten en de totale vergoeding voor het leveren van prestaties (beroepsinkomen) wettelijk begrensd op 30/70. De algemene regel is dus dat je auteursrechtenvergoeding niet meer dan 30 % van je totale vergoeding mag bedragen. Deze regel geldt voor iedereen die, vanaf 1 januari 2023, van deze voordelen wil genieten. Als je al eerder van dit gunstregime gebruik hebt gemaakt, heb je recht op een overgangsregeling, waarbij de verhouding als volgt wordt afgebouwd:

• Voor inkomstenjaar 2023 – aanslagjaar 2024 geldt een split van 50/50

• Voor inkomstenjaar 2024 – aanslagjaar 2025 geldt een split van 40/60

• Voor inkomstenjaar 2025 – aanslagjaar 2026 geldt een split van 30/70

Vanaf 2025 wordt de 30/70-regel dus sowieso voor iedereen van toepassing.

Wat betekent deze hervorming voor jou?

De recente wetswijziging roept heel wat vragen op. Daardoor kunnen we nog geen haarscherpe vertaalslag maken. Puur fiscaal is de hervorming klaar en duidelijk. Maar in welke mate deze nieuwe regels op jouw sector van toepassing zijn, is voorlopig onzeker. Vooral voor IT’ers, architecten en vrije beroepen is het wachten op verheldering van bovenaf. Al is er wel een lichtpuntje aan de horizon. Zo verzekerde de minister recentelijk dat hij geen specifieke beroepssectoren zou uitsluiten. To be continued!

Heb je vragen over auteursrechten of over de impact van de fiscale hervormingen op jouw business? Wij staan voor je klaar!

Contacteer ons >>

Sebastien Claesens over zijn groeitraject bij Umain

Hey Sebastien! Ter introductie, kan je wat meer uitleg over jouw rol binnen Umain geven?

“Als senior dossierbeheerder ben ik verantwoordelijk voor een aantal klanten. Concreet ben ik hun aanspreekpunt voor vragen en advies, en zie ik toe op een piekfijne boekhouding. Daarvoor kan ik rekenen op een straf team van junior accountants.”

Hoe ben je in deze functie beland?

“Ik ben vijf jaar geleden gestart als junior accountant. Het begon met een vast opleidingstraject, maar ik mocht ook meteen mijn ontwikkelwensen uitspreken. Die werden gebundeld in een persoonlijk ontwikkelplan. De ambitie om door te groeien naar een seniorfunctie, zat er van bij het begin sowieso wel in. Daarnaast wilde ik graag mijn ITAA-titel behalen. Daar ben ik momenteel mee bezig.”

“Ik hou ervan zelfstandig te werken en mijn eigen stempel op dossiers te drukken. Zelf mijn klantenportfolio beheren, dát geeft mij energie. Het is fijn dat ik die stap hier heb kunnen zetten!”

Op welke manier werd je naar meer zelfstandigheid begeleid?

“Zo’n 3 jaar geleden kreeg ik de kans deel uit te maken van ons intaketeam. De taak van dit team is om startende ondernemers tijdens de eerste 6 maanden te ondersteunen bij al hun vragen. Daar heb ik echt geleerd hoe je op een toegankelijke manier met klanten communiceert. Hoe leg je bijvoorbeeld iemand uit wat sociale bijdragen zijn, zonder gebruik te maken van jargon? Dat is soms echt handen-en-voeten-werk, maar ik heb er enorm veel van opgestoken.”

“De zelfstandigheid is er stap voor stap gekomen. Nadat ik mezelf als junior bewezen had, groeide ik door naar medior en mocht ik enkele dossiers van A tot Z beheren. Sinds dit jaar krijg ik versterking van enkele juniors en is mijn rol eerder superviserend geworden.”

Ik krijg veel autonomie, maar ik sta er nooit helemaal alleen voor.

Bij die rol komen natuurlijk ook leadershipskills kijken. Hoe heb je die ontwikkeld?

“Ik weet hoe het is om feedback te krijgen en waar je als junior nood aan hebt, dus ik probeer dat zelf toe te passen. In het begin is dat sowieso een beetje zoeken. Maar gelukkig krijg je ook opleiding over hoe je feedback op een goede manier overbrengt. Het is een combinatie van leren en ervaring.”

En wat als je zelf eens een vraag hebt?

“Dan staat er altijd wel iemand klaar. Ik krijg veel autonomie, maar ik sta er nooit helemaal alleen voor. Aan elk dossier is een vennoot verbonden die steeds bereid is om te helpen. De jaarbespreking van de cijfers gebeurt doorgaans door de vennoot maar er is een goede wisselwerking met de dossierbeheerder. Zo steken we voor de meeting even de koppen bij elkaar om de adviezen te bespreken en bied ik ondersteuning tijdens het gesprek.”

Tot slot, hoe kijk je naar de toekomst?

“De focus ligt nu even op het behalen van mijn ITAA-titel. In mei staat er een schriftelijke proef op de planning, in september volgt dan nog een pittig mondeling examen. En binnen Umain wil ik mezelf verder ontwikkelen. Dat kan ook gewoon. Er vindt nog steeds regelmatig een groeigesprek plaats, waar ik ruimte krijg om over mijn persoonlijke doelen te praten. Doorgroeimogelijkheden zijn hier geen valse belofte.”

Een druk maar boeiend jaar in het vooruitzicht, zo te horen. Veel succes met de examens en je carrièreplannen, Sebastien!

Meer weten over werken bij Umain?

Check it out >>

Vergroening van autofiscaliteit: wat verandert er voor jou?

Nieuwe autofiscaliteit: wat verandert er nu precies?

Bepaalde categorieën van bedrijfswagens zullen minder fiscale voordelen genieten dan voordien. Gelukkig gebeurt dat niet van vandaag op morgen. Alle bedrijfsauto’s die voor 1 juli 2023 besteld worden, vallen onder de oude fiscale regelgeving en behouden een aftrekpercentage tussen 40 en 100 %. Deze formules blijven trouwens gedurende de hele levensduur van je auto van toepassing, zolang die bij dezelfde (rechts)persoon ingeschreven staat. 

Wagens op fossiele brandstof: diesel, benzine, CNG, LPG, mild hybride

Koop je tussen 1 juli 2023 en 31 december 2025 een nieuwe wagen die op fossiele brandstof rijdt? Dan geldt er een overgangsregeling. Gedurende die periode wordt de maximale fiscale aftrekbaarheid van autokosten gestaag afgebouwd naar 75 %. In 2026 daalt het aftrekpercentage verder naar 50 %, om dan in 2027 te eindigen op 25 %. Vanaf 2028 vervallen alle fiscale voordelen. Belangrijk om nog mee te geven: bedrijfswagens op fossiele brandstoffen die na 31 december 2025 worden besteld zijn sowieso niet meer fiscaal aftrekbaar.

Plug-in hybrides

Voor plug-in hybrides die je na 1 juli 2023 aankoopt, geldt precies dezelfde overgangsregeling als voor bedrijfsauto’s op fossiele brandstoffen, al is er wel een nuance. Wanneer je de wagen tussen 31 december 2022 en 1 juli 2023 bestelt, is de fiscale aftrekbaarheid van de brandstofkosten tot en met 2026 begrensd tot 50 % terwijl alle andere kosten wel 100 % aftrekbaar zijn. Nadien verloopt de degressie zoals bij de fossiele soortgenoten. De moraal van het verhaal is alvast duidelijk: go green!

Elektrische bedrijfswagens

Wie kiest voor een groen wagenpark wordt door de overheid beloond. Zo blijven elektrische bedrijfswagens, zowel batterij-elektrisch als waterstof-elektrisch, die voor 2027 aangekocht worden voor de volle 100 % fiscaal aftrekbaar. Nadien zal het aftrekpercentage opnieuw gradueel afnemen om dan in 2031 definitief te blijven hangen op 67,5 %. 

En euhm … Wat als mijn auto na 1 juli 2023 geleverd wordt?

Geen zorgen! De enige datum die telt, is de dag waarop je het aankoopcontract afsluit. Als je elektrisch rijden liever nog even uitstelt, raden we dus zeker aan om tijdig op de nieuwe autofiscaliteit te anticiperen. 

Samen even de fiscale kant van je aankoopplannen bekijken? Wij staan voor je klaar!

Plan een businessbabbel in >>